Moestuingeluk

De meeste vrouwen van mijn leeftijd krijgen last van rammelende eierstokken. Bij een vriendin waren het de groene vingers die begonnen te kriebelen. Een moestuin moest haar leven compleet maken. En zo ploeterden we op een zonnige donderdagmiddag met een ov-fietsje richting het Noord-Hollandse Laren.

‘Je moet er wat voor overhebben, maar dan heb je ook wat’, verzekerde ze toen ik de reistijd uittelde. Daar was geen woord aan gelogen. Toen ze aan het einde van de bosweg op haar remmen trapte, stond ik aan de rand van een idyllisch veldje waar hier en daar al wat koppige kiemen uit de aarde kropen. Nieuwsgierig volgde ik de enthousiaste vinger van mijn vriendin.

‘Dit hele stuk is knoflook en kijk, ik eet vanavond asperges!’.

Vrolijk telde ze de trotse sprieten die hoognodig uit de aarde bevrijd moesten worden.

‘Dat is zo fijn aan een moestuin, het is even investeren, maar als je eenmaal kan oogsten hoef je nauwelijks meer boodschappen te doen.’

Jij bent dus helemaal van de supermarktgroenten af? vroeg ik even jaloers als verbaasd. Ik dacht terug aan onze studentenjaren waarin we uitsluitend door de fabriek voorgesneden en gewassen groenvoer knaagden.

‘Oh ik snap echt niet dat mensen groenten uit een plastic bakje eten. Haal het dan op de markt of bij de toko.’

Met een lege emmer begon ik aan mijn taak: het wieden van een stukje ongebruikte grond. Met opperste precisie peuterde ik de venijnige worteltjes uit de aarde. Voldaan stapte ik ’s middags met een plukje verse rucola en een nieuw voornemen op mijn ov-fiets: Ik zou nooit meer bezwijken voor groentegemak uit een pakje of zakje. Trots zwaaide ik naar mijn vriendin. Dat mijn handen volledig zwart waren, deerde me niet. Ik had moedertje natuur de hand geschud en dat mocht iedereen weten.

Het duurde een treinrit om mijn pas verworven principes om zeep te helpen. Als een hongerige boer die naar een flinke portie in vette jus zwemmende aardappels snakt, verliet ik Amsterdam Zuid.

‘Wilt u proeven?’ Voordat ik het goed en wel doorhad hengelde een promotiemedewerker van de AH to go een goddelijk geurend mini-gerechtje voor mijn neus. ‘Onze nieuwste stoommaaltijd’, glunderde de ongetwijfeld breedste glimlach uit het personeelsbestand van de grootgrutter. ‘Vandaag in de aanbieding!’

Ik dacht aan het plukje rucola dat inmiddels levenloos in mijn jaszak kleefde. Die zou prachtig staan op mijn vacuümverpakte magnetronlasagne.

Advertentie