Lekker hip hoeft niet vies te zijn

Honderd gram voor een euro of dezelfde hoeveelheid voor twee euro negenenveertig? Ik sta voor het koelvak waarin de blanke kipfiletjes netjes naast elkaar liggen opgestapeld. De goedkope plofkippen in een geel bakje, de bio+-variant in een groene schaal. Ik vraag me af wat die plus precies betekent. Extra bio, kan dat?

De echte vraag is of ik me laat verleiden door de spotprijs van de plofkip of voor de duurzame variant ga. Mijn zus heeft mij verboden nog langer voor die eerste te kiezen. Haar hart is groter dan dat van mij. Als jong meisje voelde ze een sterke compassie met pandaberen, ze werd lid van WJF, en vond goudvissen in ronde kommen zielig. In hetzelfde huis at ik me vrolijk rond aan speklapjes en runderkarbonades met mayonaise.

Schuldgevoel afkopen

Mijn zus was haar tijd vooruit. Destijds was biologisch eten voorbehouden aan macrobioten die de geur in de nog krappe natuurwinkels lekker vonden en de traagheid van de winkelmedewerkers niet opmerkten. Ecoplaza’s en Marqt’s bestonden niet en De Natuurwinkel was nog geen landelijk uitgebate toko. Kortom: hippe grachtengordelbewoners hadden in zemelkoeken en appels van een euro per stuk nog geen manier gevonden om hun schuldgevoel af te kopen. Dat gebeurde voor een paar gulden bij de straatkrantverkoper. De natuurwinkel was het domein van de geitenwollensokkentypes die ik ’s middags op het schoolplein zag staan. Overigens was diezelfde natuurwinkel dikwijls de reden dat mijn moeder niet tussen de breigrage ouders stond. Het wekelijkse groentepakket moest altijd op het laatste moment worden afgehaald.

Hoewel mijn zus tegenwoordig is afgestapt van haar vegetarier-zijn en allang niet meer alleen aan ahornsirooplolly’s likt of op zoethoutstokjes kauwt, is haar vroegrijpe verantwoordelijkheidsgevoel jegens de rest van de wereld niet verdwenen. Plofkippen zijn uit den boze. Dat geldt bij mij voor Marianne Thieme. Of zoals het spreekwoord luidt: liever tien plofkippen in een hok dan één Marianne Thieme in de politiek.

Ideologie versus smaak

Maar ik sta nu wel met een twijfelende blik naar de twee verschillende stapels kipfilets te kijken. De ideologie heeft het dus toch gewonnen van de smaak. Dat leg ik uit. Wie vroeger op een Vrije School zat en dus zijn boodschappen bij de natuurwinkel en biologische slager deed weet dat biologische vlees en vleeswaren destijds niet te hachelen waren. Wat er veranderd is weet ik niet, maar zoals het nu smaakt, deed het vroeger zeker niet. De smaak kwam overeen met de geur van zure geitenmelk en de structuur had niets van doen met de malsheid van nu. Als er bij ons vroeger aan tafel vlees werd geserveerd keek het hele gezin behalve de kokkin met scheve ogen naar de pan. En dat lag niet alleen aan de beperkte kookkunsten van mijn moeder. Speklapjes gingen bij mij als koek naar binnen, maar als ze van de groene slager afkomstig waren, was een blokje kaas mijn plotselinge favoriet.

Het Uggs-effect

Bewust en duurzaam leven is niet langer het alleenrecht van de macrobioten en geitenwollensokkendragers. We plakken tegenwoordig zelfs stickers op producten om aan te geven dat je op het punt staat een Gezonde Keuze te maken, of in elk geval een gezondere keuze. Normale mensen eten tegenwoordig gewoon groene kip die nu verkrijgbaar is bij normale supermarkten in normale steden. De echte Vrije Scholer moet voortaan aan de ongekruide tofoe, die hij vindt bij een particuliere en onafhankelijk natuurwinkel in een plek als Zeist of Zutphen, om zich te onderscheiden van de consumerende massa. Want bio is ineens lekker geworden. Men zegt dat het komt doordat slagers beter hun best doen nu er meer vraag naar is. Ik denk dat de algemene bejubeling van niet-plofkip-kip ergens anders uit voortkomt. Iets wat ik ook wel het Uggs-effect noem en uitgaat van het principe ‘mooi hip is niet lelijk’. Voor Mariannes biokip geldt hetzelfde: ‘lekker hip hoeft niet vies te zijn.’

Plaats een reactie

Blog op WordPress.com.